Bontinkmolen

In het grensgebied van Kalken, Lokeren en Overmere stond tot in 1935 een houten korenwindmolen.
In 1665 was er een behuysde hofstede thenden de bontinckstr binnen de prochie van Calckene, gaende mette meulen gestaen thenden de zel(ve) straete op Lokeren. De molen stond op een molenberg en er was ook een rosmolen. De molen werd toen door de familie V(and)ermeere verkocht aan Pieter De Loire afkomstig uit Belsele.
In 1767 kwam het echtpaar Philippus Vergaelen - Isabella (Elisabetha) de Loire door contracte van uytgrootinge van 15 september 1767 voor de som van 2000 gulden in het bezit van twee zesden van de molen en de hofstede. Ze hadden het deel van twee zusters van Isabella overgekocht: van Pieter Paelinck en zijn vrouw Marie Anna de Loire en van Pieter Jacobus Van Mossevelde en diens vrouw Joanna Marie de Loire. 
In de Gazette van Gent van 12 en 16 februari 1778 werd de verkoop van de helft van de Bontingmolen aangekondigd: In de herberg Den Koning van Spagnien bij Jan Baptist van den Abbeele op de Grote Markt in Lokeren wordt op 4, 11, 18 en 25 februari en 11 maart 1778 verkocht de 112 van eenen Koorn- Wind en Rosmolen met den Berg, de Op- en Afrede, genaemd den Bontingmolen, gestaan in de Bontingstraat te Lokeren, alsmede een huis met schuur, stallingen en erf daarmede gaand, gestaan binnen de parochie Kalken, omtrent den genoemden molen.
In de geschriften van de volkstelling van Kalken van 1796 stond Thobias Paelinck vermeld als vijftigjarige molenaar die sinds 1779 op het einde van de Bontinkstraat woonde. Het gezin Paelinck had in 1796 twee zonen en een dochter. De andere helft van de molen, of een deel van die helft, hoorde toe aan molenaar Philippus Vergaelen († 1781, Kalken, 66 j.), gehuwd met Isabella (Elisabetha) De Loore († 1795, Kalken, 69 j.). 
In 1796 bewoonden molenaars Guillielmus Vergaelen en diens broer Judocus en zuster Theresia, samen met inwonende knecht Jacobus Pieters (20 j.) een woning die bij de molen hoorde.
Bevolkingsregisters, kiezerslijsten en patentlijsten vermeldden er voor de periode vanaf 1830 Livinus Paelinck († 1849, 73 j. oud) als molenaar. Livinus was een eerste maal gehuwd met Coleta De Schaepdrijver († 1803, 40 j. oud), een tweede maal met Joanna Carolina De Maerschalck († 1835, 74 j. oud). 
Na het overlijden van Livinus Paelinck ging de molen in korte tijd over op verschillende eigenaars. Livinus' schoonzoon en molenaar Franciscus Dalschaert († 1887, 84 j. oud) nam in 1851 de molen over. Dalschaert was getrouwd met Petronella Paelinck († 1872, 70 j. oud). In 1854 volgde een verkoop aan de molenaars Charles Remory (gehuwd met Maria Coleta Dalschaert) en Joannes Janssens-Joanna Catharina Remory. 
Jan Baptiste Buydens, gehuwd met Maria Rosalia De Smet, kocht de molen aan in 1857. Blijkbaar was hij de enige eigenaar van de korenwindmolen en de rosmolen, zoals drie jaar later blijkt uit de legger van het kadaster uit 1860. 
In de periode 1865-1872 werd de rosmolen aangepast tot/ of vervangen door een korenstoommolen. Om steeds over een voldoende watervoorraad te beschikken, werd daartoe in de onmiddellijke omgeving van de molen een diepe waterput gemaakt.
In 1883 werd de molen verkocht aan de schoonzoon van Buydens, Theofiel Audenaert († 1850). Theofiel was gehuwd met Maria Leonie Buydens (°1857-1934) en hij werkte op de molen minstens tot in 1895. 
Naar het einde van de negentiende eeuw bleek de molen in verval.
Hij werd in 1899 verkocht aan de Kalkense notaris Jules Tibbaut en consoorten. 
In 1904 of in 1907 kocht de Overmeerse molenaarsfamilie Van De Wiele de molen, die er, volgens Maurice Van der Schueren, verdonderd bij stond.
in 1937 werd de korenwindmolen afgebroken en werd het een maalderij met een motor, eerst aangedreven met Gas Pauvre, later met diesel.
Maurice Van der Schueren (°1914) en Adolf Van der Schueren (°1915-1993), gehuwd met Julienne De Lausnay, °1923) hadden ondertussen het molenbedrijf overgenomen. Ze haalden met twee paarden de zakken graan of maïs af en ze werkten steeds met familie als personeel.

Bronnen:

- André Van den Sompel, Molenaars op de molensite Bontingmolen, Castellum, jg. 17, nr. 3, 2000.
- Inventaris van de wind- en watermolens in de provincie Oost-Vlaanderen, Derde aflevering, Kultureel Jaarboek voor de provincie Oost-Vlaanderen, derde deel: Arrondisementen Oudenaarde en Sint-Niklaas, 1962.

Geolocatie
51.074229114996, 3.9264263325094
Locatie
Bontinkstraat Lokeren
Status
actueel