De weduwe en kinderen van Dominique Van Hecke lieten de staakmolen aan de Oudemolenstraat in 1904 slopen en als een stenen bergmolen heroprichten aan de westzijde van de Nokerstraat (nr. 46), tegenover de Oudemolenstraat, waarvan de romp nog bestaat.
Tussen 1775 en 1830 werd nabij deze plaats een staakmolen opgericht die fungeerde als korenmolen en oliemolen. In 1835 kwam een rosmolen tot stand nabij het molenaarshuis op nummer 46. In 1876 werd deze gesloopt en kwam er een door stoomkracht aangedreven maalderij voor in de plaats.
In 1950 werd de molen ontmanteld maar de elektrische maalderij, die ook in de molen aanwezig was, bleef in werking. De molenberg werd afgegraven.
In de molenromp zijn nog inrichtingen van zowel het windbedrijf als het motorbedrijf aanwezig.
De motormaalinrichting zou nog sporadisch gebruikt worden.
Vanop de Nokerstraat is de oude stenen molenromp nog te zien.