Vóór 1732 stond reeds een Olieslagmolen aan Melleham ter hoogte van de huidige Dhaenenstraat nr. 22.
Philippe Mannens, afkomstig van Zelzate, kocht in 1743 die oliemolen en vroeg de toelating om die molen om te bouwen naar een zaagmolen. Hij verkreeg op 2 september 1744 een octrooi voor het alleenrecht op de zaagtechniek en een octrooi voor het alleenrecht voor verwerken (zagen) van hout in Vlaanderen. Tijdens de Franse bezetting verkreeg hij, na het leveren van het verzaagde hout voor de noodbruggen tijdens het beleg van Sas-van-Gent, op 2 december 1746 vrijstelling van alle invoerrechten op boomstammen en 2 jaar later alle uitvoerrechten op het verzaagde hout, afkomstig van zijn molen in Heusden.
In 1752 verkreeg hij het octrooi om uit te breiden (met de verplichting om 11 molens te zetten). Daartoe werd in 1752 de Compagnie de Zaeg-molens opgericht en werd daarvoor uitgeweken naar Bredene. De Compagnie kwam in 1756 op de rand van faling. Mannens verliet de compagnie met uitbetaling én de teruggaven van zijn molen op de Mellehoek te Heusden. Het zou nog tot 1758 duren vooraleer de compagnie een bloeiende bedrijvigheid kende.
Den Saegh meulen van Heusden was dus de bakermat van de Compagnie der Zaagmolens in Bredene.
Helaas toen hij terug in Heusden verscheen, was ondertussen in 1755 de eerste rechttrekking van een Scheldearm op het Heusdense grondgebied gebeurd. Daardoor kon hij via de Schelde geen bomen meer naar de molen brengen, waardoor de molen niet meer kon gebruikt worden om zware bomen te verzagen.
De molen verdween vóór 1830 want hij staat niet meer vermeld in de eerste kadasterdocumenten.
Als oliemolen getekend op het overgetekende plan RAG 101 DSMG, archief De Vleeshouwer, het origineel is in het RAG, kaarten en plannen, nr. 2532, van Philipus Jacobus Benthuys uit 1732.
Als houten staakmolen getekend op de kaart van Villaret uit 1745
Als Den Saegh meulen getekend en geheten op de kaart RAG nr. 2650 uit 1807. De rode kleur zou betekenen dat de smalle en hoge onderbouw nu in rode steen is, terwijl erboven een houten molenkast is.
Bron:
Ferdinand Gevaert, Lieven Denewet, Het Zaagmolenpark van Bredene / Oostende (1752-1824), Molenecho's, jg. 34, nr. 1, 2006.